Han-dvatten van Han – februari

10 februari 2025

In deze nieuwe rubriek laten we elke maand een boek de revue passeren dat voor vertrouwenspersonen (in de breedste zin van het woord) onmisbaar is dan wel een interessante eye-opener. Waar mogelijk pikken we er ook nog een aantal specifieke handvatten uit die in de praktijk van de vertrouwenspersoon toepasbaar zijn.

Wat de fak!

Maryam Hassouni is vijftien jaar als ze furore maakte met de televisieserie Dunya en Desi, ze won voor haar rol in Offers als eerste Nederlandse actrice een Emmy. Ze kroop in de huid van vele karakters, van zelfmoordterrorist tot slachtoffer van de Marokkaanse cultuur en alles wat daartussen zit. Naast die successen krijgt ze regelmatig te maken met racisme en grensoverschrijdend gedrag in de theater- en filmwereld. In 2022 bracht ze haar boek ‘Wat de fak’ uit, waarin ze onthult hoe het eraan toegaat in de Nederlandse film- en tv-industrie. Ze vertelt hoe dit haar verwoestte. “De eerste scheuren in mijn onbevangenheid ontstonden toen ik op mijn negentiende werd aangerand door de regisseur.”

Hoewel Maryam al jong (vijftien jaar) een rol heeft in de jeugdserie Dunya en Desie, zijn haar ouders stimulerend en begripvol. Zolang ze maar netjes haar huiswerk doet heeft ze van hen weinig te vrezen. Pas veel later gaan haar ouders zich met haar werk bemoeien. Vooral haar moeder maakt zich zorgen over het effect dat het werken voor de camera op haar dochter heeft. Naast meerdere gevallen van seksueel grensoverschrijdend gedrag heeft Maryam ook veel last van pesters op de set. Mensen die haar discrimineren en regisseurs die haar in een bepaalde rol willen duwen. Ook dat is iets wat Maryam in haar boek aan de kaak stelt.

Het boek dat volledig autobiografisch is, geeft een volledig beeld van haar leven tot de uitkomst van haar boek. Om de lezer een indruk te geven hoe ze aankijkt tegen de wereld, waarin ze verzeilt is geraakt. Hieronder een aantal korte passages uit het boek. Deze passages zijn destijds ook gepubliceerd in het tijdschrift Flair.

“Ruim twintig jaar werkzaam zijn in de Nederlandse film- en televisie-industrie had me verwoest. Ik kwam na mijn laatste rol in een grote televisieserie in een soort existentiële crisis terecht, omdat alles wat ik als kind had geleerd over het leven niet waar bleek te zijn. Ik had geleerd dat het rechtvaardig was dat de dader werd gestraft, niet het slachtoffer. Ik had geleerd dat jongens en meisjes gelijk zijn aan elkaar en dat je wordt beoordeeld op wat je kunt. Ik had geleerd dat als je hard werkt, het niet uitmaakt waar je wieg stond.”
“De eerste scheuren in mijn onbevangenheid ontstonden toen ik op mijn negentiende tijdens een repetitie voor een toneelstuk werd aangerand door de regisseur. Een man die ouder was dan mijn vader. Terwijl ik tijdens de pauze een kopje thee inschonk, stond hij opeens achter me. Hij drukte zijn piemel tegen mijn kont en kneep in mijn billen. Ik verstijfde. Ik was me bewust van alles, maar had geen controle meer over mijn lichaam. Het was heel eng. De regisseur liep, na wat voor mij als minuten voelde, weg zonder iets te zeggen. Alsof het de normaalste zaak van de wereld was.”
“Elke keer als ik voor mezelf opkwam en een constructief gesprek probeerde te voeren over waarom clichématigheden zo schadelijk zijn, werd er gezegd dat ik overgevoelig en negatief was. Een regisseur zei zelfs dat ik psychologisch onderontwikkeld ben, omdat ik als een niet-westerse vrouw in een westerse wereld leef. Oftewel: wat wist ik nou? Racisme op de set werd standaard voor mij. In plaats van met mijn naam werd ik vaak aangesproken met ‘het Marokkaantje’ of ‘het zwarte gat’.”
“Als we tijdens het draaien naar een andere locatie reden, maakten collega’s grappen over dat iedereen zijn of haar tas in de gaten moest houden, ‘want er rijdt een Marokkaan mee’. Niemand kwam ooit voor me op en als ik het zelf deed, was ik ‘ongezellig’. Ook hier leerde ik dat zwijgen de enige optie was als ik ooit een kans wilde maken in deze industrie en niet als ‘de boze Marokkaan’ afgeschreven wilde worden. Tot mijn eigen walging, lachte ik soms zelfs mee.”

Tijdens het schrijven van dit boek noemt Maryam bewust geen namen van haar collega’s. Wel deelt ze fragmenten uit het onderzoeksdossier van 2019 dat is opgesteld in opdracht van de omroep naar aanleiding van haar klachten. Toch heeft Maryam dit boek vooral voor zichzelf geschreven. Om te helen van al die keren dat ze mensen over haar grenzen liet gaan.

“Mijn talent heeft er nooit toe gedaan. In deze industrie is geen eerlijke kans voor vrouwen en in het bijzonder voor vrouwen van kleur zoals ik. Ik heb dit boek geschreven om de regie over mijn eigen leven terug te pakken, maar ik heb het ook geschreven in de hoop de industrie veiliger en inclusiever te maken. Ik hoop de politiek wakker te schudden met mijn verhaal over een sector die zo slecht wordt gemonitord, dat producenten hun eigen gang kunnen gaan met alle gevolgen van dien. Ik heb er bewust voor gekozen de daders niet bij hun naam te noemen. Niet om ze te sparen, maar omdat ik wil dat de aandacht uitgaat naar slachtoffers in plaats van naar daders zoals we vaker zien in de media bij soortgelijke verhalen. Ik wil slachtoffers in hun kracht zetten en laten zien dat onze stem gehoord mag worden. Mijn tijd van zwijgen is voorbij. Ik hoop andere slachtoffers daarmee te inspireren.”

Met dit boek neemt Maryam de regie over haar eigen leven terug en breekt ze de muren, waarbinnen onze samenleving zich heeft ingemetseld. En voor de mensen die denken ‘oh daar heb je er weer zo een’: ja dit boek is lekker woke. Vandaar ook de spelfout in de boektitel.

En wat kan de vertrouwenspersoon er mee?

Dat is ter beoordeling van de lezer, maar je krijgt zo een goede inkijk wat er in dit geval speelt in de filmindustrie. En hoe mensen door het systeem worden ingepakt en zich daaraan voelen te moeten committeren. Een vergelijkend boek verscheen onlangs van de journalist Menno de Galan, getiteld ‘De apenrots, hoe het misging op de redactie van NOS-sport’. Het grote verschil is echter. Menno schrijft over anderen, Maryam schrijft over zichzelf! Interessant kan ook zijn het rapport wat destijds de commissie van Rijn uitbracht over het functioneren bij de NPO, een rapport van 1 februari 2024 met als titel ‘Niets gezien, niets gehoord, niets gedaan’.

Drs. Han Rottink – Opleider| Trainer| Mediator